Administratieve afstand
Een netwerk kan meer dan één routeringsprotocol gebruiken, en routers in het netwerk kunnen van meerdere bronnen over een route te weten komen. Routers moeten een manier vinden om een beter pad te selecteren wanneer er meerdere paden beschikbaar zijn. Het administratieve afstandsgetal wordt door routers gebruikt om uit te zoeken welke route beter is (lager getal is beter). Als bijvoorbeeld dezelfde route via RIP en EIGRP is verkregen, zal een Cisco-router de EIGRP-route kiezen en deze in de routeringstabel opslaan. Dit komt omdat EIGRP-routes (standaard) een administratieve afstand van 90 hebben, terwijl RIP-routes een hogere administratieve afstand van 120 hebben.
U kunt de administratieve afstand van alle routes op uw router weergeven door het commando show ip route in te voeren:
In het bovenstaande geval heeft de router slechts één route in zijn routeringstabel die is geleerd van een dynamisch routeringsprotocol – de EIGRP-route.
De volgende tabel bevat de standaardwaarden voor de administratieve afstand:
Metric
Als een router twee verschillende paden voor hetzelfde netwerk van hetzelfde routeringsprotocol leert, moet hij beslissen welke route beter is en in de routeringstabel zal worden geplaatst. Metric is de maatstaf die wordt gebruikt om te beslissen welke route beter is (lager getal is beter). Elk routeringsprotocol gebruikt zijn eigen metriek. RIP gebruikt bijvoorbeeld hop counts als metric, terwijl OSPF cost gebruikt.
Het volgende voorbeeld legt uit hoe RIP zijn metric berekent en waarom het het ene pad boven het andere verkiest.
RIP is op alle routers geconfigureerd. Router 1 heeft twee paden om het subnet 10.0.0.0/24 te bereiken. Het ene pad gaat via router 2, terwijl het andere pad via router 3 en vervolgens router 4 gaat. Omdat RIP het aantal hops gebruikt als metric, zal het pad door Router 2 worden gebruikt om het 10.0.0.0/24 subnet te bereiken. Dit komt omdat dat subnet slechts één router verwijderd is op het pad. Het andere pad zal een hogere metric van 2 hebben, omdat het subnet twee routers verder ligt.
Het bovenstaande voorbeeld kan worden gebruikt om een nadeel van het gebruik van RIP als routeringsprotocol te illustreren. Stel je voor dat het eerste pad door R2 de 56k modem link was, terwijl het andere pad (R3-R4) een high speed WAN link is. Router R1 zou nog steeds het pad door R2 kiezen als de beste route, omdat RIP alleen het aantal hoppen gebruikt als zijn metric.