Ate, Griekse mythologische figuur die zowel goden als mensen aanzette tot onbesuisde en ruïneuze daden. Zij liet Zeus op de dag dat hij de geboorte verwachtte van de Griekse held Herakles, zijn zoon bij Alcmene, een eed afleggen: het kind dat die dag uit zijn geslacht geboren zou worden, zou heersen “over allen die rondom hem wonen” (Ilias, Boek XIX). Zeus’ vrouw, de godin Hera, smeekte haar dochter Eileithyia, de godin van de bevalling, om de geboorte van Herakles uit te stellen en die van een ander kind uit zijn geslacht, Eurystheus, te bespoedigen, die daardoor heerser over Mycene zou worden en Herakles als zijn onderdaan zou hebben. Na te zijn bedrogen, wierp Zeus Ate van de Olympus, waarna zij op aarde bleef en kwaad en onheil stichtte. Zeus zond later de Litai (“Gebeden”) naar de aarde, zijn oude en kreupele dochters, die Ate volgden en het door haar aangerichte kwaad herstelden.