Als Lake Superior Ojibwe, behoudt de Bad River Lapointe Band zich het recht voor om te jagen, vissen, wilde rijst te verzamelen en geneeskrachtige planten te verbouwen op het grondgebied van Noord-Wisconsin, Michigan en Minnesota. De stam heeft deze aanspraken gedurende de 20e eeuw gehandhaafd. Leden van Bad River en de andere Lake Superior stammen hervatten hun traditionele praktijk van speervissen, wat resulteerde in de Wisconsin Walleye Oorlog met recreatie- en sportvissers.
In 1996 blokkeerde een groep Ojibwe activisten, bekend als de Anishinaabe Ogitchida, een treinzending met zwavelzuur die het reservaat doorkruiste; het was bestemd voor een kopermijn in Michigan. De demonstranten klaagden dat het zuur een gevaar vormde voor het milieu op het grondgebied van het reservaat en in het stroomgebied van Lake Superior. De nationale aandacht die de protesten opleverden dwong de Environmental Protection Agency het gebruik van zuur in de mijn te stoppen.
Zestienduizend acres (25 sq mi; 65 km2) van het reservaat zijn wetlands van hoge kwaliteit vanwege de Kakagon River en Bad River sloughs, die door de regering van de Verenigde Staten zijn geregistreerd onder de Ramsar Conventie voor Wetlands van Internationaal Belang. De wetlands zijn ideaal voor de teelt van wilde rijst, het historische gewas van de Ojibwe. De sloughs vormen het enige overgebleven uitgestrekte moeras van wilde rijst aan de kust in het gebied van de Grote Meren. Door zijn habitat en de nabijheid van Madeline Island is Bad River van groot belang voor de Ojibwe Natie. Mensen uit heel Ojibwe-land komen voor de jaarlijkse augustusviering van de manoomin, of wilde rijstoogst.
Het hoofdkwartier van de Great Lakes Indian Fish & Wildlife Commission (GLIFWC) bevindt zich op het Bad River Reservaat. De stam bezit en exploiteert ook een viskwekerij, die de plaatselijke rivieren en meren jaarlijks van 15 miljoen walleye voorziet.
De Bad River Band Of Lapoint Ojibwe bezit en exploiteert een casino, evenals het Moccasin Trail benzinestation en kruidenierswinkelcomplex. De stam heeft ook een kliniek, een lokale vervoersdienst, een stamschool, een dagopvang en een kinderdagverblijf, evenals een politie- en vrijwillige brandweer voor haar inwoners. Ze heeft verschillende gemeenschapsfaciliteiten: een tribale brandweerkazerne en jeugdcentrum in de Birch Hill gemeenschap, en een nutsgarage in de Franks Field gemeenschap.
In 2014 kondigde de Tribe aan dat ze de lease van 18 landpachtcontracten van niet-inheemse mensen, op Madeline Island, bekend als de Amnicon Bay Association, niet zal verlengen. De 50-jarige lease, die begon in 1967, eindigde in augustus 2017.