Plasma chromogranine A, indien niet uitgevoerd als onderdeel van de diagnostische work-up, moet worden besteld om een basislijnschatting van de “ziektelast” te maken.
Echocardiografie van de hartkleppen aan de rechterkant moet worden gemaakt om te beoordelen of er sprake is van hartklepziekte aan de rechterkant.
D. Prognose en patiëntenvoorlichting.
Carcinoïde tumoren die incidenteel worden ontdekt (d.w.z. niet geassocieerd met het carcinoïd-syndroom) hebben een prognose die voornamelijk afhankelijk is van de oorsprong en het bewijs van metastasering. Chirurgische resectie is geïndiceerd voor gelokaliseerde tumoren.
Carcinoïd syndroom impliceert metastatische ziekte in de meerderheid van de patiënten. De geschatte overlevingspercentages zijn 70% na 1 jaar, 53% na 3 jaar en 40% na 5 jaar. De overleving lijkt echter te verbeteren met multidisciplinaire behandeling die neuro-endocrinologie, oncologie, chirurgie, interventionele radiologie en hartchirurgie kan omvatten.
Patiënten moeten overwegen een multivitamine met niacine in te nemen als aanvulling op de behandeling van het carcinoïd syndroom zelf.
E. Passende profylaxe en andere maatregelen om heropname te voorkomen.
-
Peptische-ulcusziekteprofylaxe moet worden overwogen. Histamine-H2-blokkers zijn hiervoor geschikt, gezien de histamine die door veel carcinoïde tumoren wordt geproduceerd.
-
Patiënten moeten hun verzorgers waarschuwen voor de diagnose of mogelijke diagnose van carcinoïd syndroom. Een medische waarschuwingsarmband zou geschikt zijn voor patiënten met een bevestigde diagnose.
VI. Wat zijn de bewijzen?
Bell, HK, Poston, GJ, Vora, J, Wilson, NJ. “Cutane manifestaties van het maligne carcinoïd syndroom”. . vol. 152. 2005. pp. 71-5.
Bendelow, J, Apps, E, Jones, LE, Poston, GJ. “Carcinoid syndrome”. . vol. 34. 2008. pp. 289-96.
Bhattacharyya, S, Toumpanakis, C, Caplin, ME, Davar, J. “Analysis of 150 patients with carcinoid syndrome seen in a single year at one institution in the first decade of the twenty-first century”. . vol. 101. 2008. pp. 378-81.
Fox, DJ, Khattar, RS. “Carcinoïde hartziekte: presentatie, diagnose, en beheer”. . vol. 90. 2004. pp. 1224-8.
Mancuso, K, Kaye, AD, Boudreaux, JP. “Carcinoïd syndroom en perioperatieve anesthetische overwegingen”. . vol. 23. 2011. pp. 329-41.
Srirajaskanthan, R, Shanmugabavan, D, Ramage, JK. “Carcinoïde syndroom”. . vol. 341. 2010. pp. c3941
O’Toole, D, Grossman, A, Gross, D. “ENETS Consensus Guidelines for the Standards of Care in Neuroendocrine Tumors: biochemical markers”. Neuro-endocrinology. vol. 90. 2009. pp. 194