De vier verschillende onderdelen van het raamwerk zijn:
Factorvoorwaarden (endowments)Edit
Factorvoorwaarden omvatten de productiemiddelen van de natie, waaronder infrastructuur, beroepsbevolking, land en natuurlijke hulpbronnen.
Volgens Porter “erft een natie de belangrijkste productiefactoren niet, maar creëert zij ze zelf, zoals geschoolde arbeidskrachten of een wetenschappelijke basis”. Een gebrek aan minder belangrijke factoren, zoals een ongeschoolde beroepsbevolking of toegang tot grondstoffen, kan worden gemedieerd door middel van technologie of door het implementeren van wat Porter “een wereldwijde strategie” noemt.
Factor endowment kan in twee vormen worden gecategoriseerd:
- “Home-grown” resources/high specialized resources
- Natural endowments
Bij het analyseren van Hollywoods preëminentie in de filmproductie heeft Porter bijvoorbeeld gewezen op de lokale concentratie van geschoolde arbeidskrachten, waaronder de verschillende filmscholen (UCLA & USC) in het gebied. Ook kunnen grondstofbeperkingen de ontwikkeling van vervangende capaciteiten stimuleren; het relatieve gebrek aan grondstoffen in Japan heeft geleid tot miniaturisering en productie zonder defecten.
Gerelateerde en ondersteunende industrieënEdit
Deze component verwijst naar industrieën die leveren, distribueren, of anderszins verwant zijn aan de industrie die wordt onderzocht. Voor veel bedrijven is de aanwezigheid van verwante en ondersteunende bedrijfstakken van cruciaal belang voor de groei van die specifieke bedrijfstak. Een belangrijk concept in dit verband is dat nationale concurrentiesterkten vaak geassocieerd worden met “clusters” van industrieën. Silicon Valley in de VS en Silicon Glen in het VK zijn bijvoorbeeld technoclusters van hoogtechnologische industrieën die individuele computerprogrammatuur- en halfgeleiderbedrijven omvatten. In Duitsland bestaat een soortgelijke cluster rond chemicaliën, synthetische kleurstoffen, textiel en textielmachines.
VraagomstandighedenEdit
De vraagomstandigheden op de binnenlandse markt vormen de belangrijkste motor voor groei, innovatie en kwaliteitsverbetering. Het uitgangspunt is dat een sterke binnenlandse markt de onderneming stimuleert van een startende onderneming tot een iets grotere en grotere organisatie. Ter illustratie kunnen wij het geval van Duitsland nemen dat enkele van de belangrijkste automobielbedrijven van de wereld heeft zoals Mercedes, BMW, Porsche. Duitse autobedrijven hebben de wereld gedomineerd als het gaat om het high-performance segment van de mondiale auto-industrie. Hun positie op de markt van goedkopere, in massa geproduceerde auto’s is echter veel zwakker. Dit kan in verband worden gebracht met een binnenlandse markt die van oudsher een hoog niveau van technische prestaties verlangt. Ook de vervoersinfrastructuur van Duitsland, met zijn Autobahnen, neigt naar de voorkeur voor auto’s met hoge prestaties.
Strategie, structuur en rivaliteitEdit
Nationale prestaties in bepaalde sectoren houden onvermijdelijk verband met de strategieën en de structuur van de ondernemingen in die sector. Concurrentie speelt een grote rol bij het aanjagen van innovatie en de daaropvolgende verbetering van het concurrentievoordeel. Aangezien de binnenlandse concurrentie directer is en eerder effect sorteert dan de stappen van buitenlandse concurrenten, is de stimulans die van hen uitgaat groter in termen van innovatie en efficiëntie. Een voorbeeld: de Japanse auto-industrie met 8 grote concurrenten (Honda, Toyota, Suzuki, Isuzu, Nissan, Mazda, Mitsubishi en Subaru) zorgt voor hevige concurrentie op de binnenlandse markt, maar ook op de buitenlandse markten waarop zij concurreren.
Andere factoren
Porter noemt twee andere variabelen die het concurrentievermogen beïnvloeden. Deze factoren “ondersteunen en completeren het systeem van nationaal concurrentievermogen, maar creëren geen blijvende concurrentievoordelen.”
De rol van de overheidEdit
De rol van de overheid in Porter’s Diamantmodel is “optreden als katalysator en uitdager; het is het aanmoedigen – of zelfs pushen – van bedrijven om hun aspiraties te verhogen en naar hogere niveaus van concurrentieprestaties te gaan …” . Zij moeten bedrijven aanmoedigen hun prestaties te verhogen, de vroege vraag naar geavanceerde producten stimuleren, zich richten op het creëren van gespecialiseerde factoren en lokale rivaliteit stimuleren door directe samenwerking te beperken en antitrustregels te handhaven.
Kans
De rol van het toeval duidt in wezen op het idee dat het kan voorkomen dat een product of een onderneming door puur geluk vele malen de kans krijgt om zijn voordelen te maximaliseren. Het toeval speelt dus ook een belangrijke rol bij het bepalen van het lot van het product.