Een van de belangrijkste leiderschapslessen uit Spocks carrière was zijn overtuiging dat mensen naar hun eigen hart moeten luisteren. The Commonsense Book of Baby and Child Care begon met: “Vertrouw op jezelf. Je weet meer dan je denkt.” Spock moedigde ouders aan om niet al te serieus te nemen wat de buren of deskundigen zeiden, en in plaats daarvan te vertrouwen op hun eigen gezonde verstand. Hij erkende dat mensen al lang kinderen hadden gekregen voor de komst van de kindergeneeskunde en boeken met opvoedingsadviezen. Erkennend dat iedereen fouten maakt, geloofde hij dat “rustig vertrouwen” een beter ouderschap bevordert dan zorgen.
Als gedachteleider toonde Spock een bereidheid en zelfs gretigheid om de conventionele wijsheid tegen te spreken. Eerdere deskundigen op het gebied van de opvoeding van kinderen hadden een grotendeels one-size-fits-all benadering geboden, maar Spock benadrukte de individualiteit van elk kind. Goede ouders probeerden niet elk kind in een standaard mal te laten passen, maar zich aan te passen aan de specifieke behoeften van elk van hen, in het besef dat wat goed werkte voor de één, rampzalig kon zijn voor de ander. Zijn doel was niet zozeer om ouders te dwingen zich aan zijn model te conformeren, als wel om hen te helpen in zichzelf de ouders te ontdekken die zij bedoeld waren te zijn.
Spock zag ook een natuurlijk verband tussen kindergeneeskunde en politiek activisme. Hij verzette zich tegen kernwapens en de oorlog in Vietnam en schreef: “Wat heeft het voor zin als artsen ouders proberen te helpen gezonde en gelukkige kinderen groot te brengen, om ze vervolgens te laten vermoorden? Net als de “vader van de pathologie”, Rudolf Virchow, beschouwde Spock geneeskunde als een sociale wetenschap, en politiek als geneeskunde op grotere schaal. Hij zag de wortels van ziekte in economische status, onderwijs en leefomstandigheden, en hij geloofde dat interventies om de gezondheid te bevorderen zich op dergelijke bredere aspecten van het leven moesten richten.
Spock erkende ook dat leiders bereid moeten zijn om vol te houden in het gezicht van oppositie en zelfs persoonlijke aanvallen. Normal Vincent Peale, een voorstander van “positief denken”, was verontrust over de opstandigheid van jongeren in de jaren zestig en vond dat Spock de verantwoordelijkheid droeg – “de prijs van twee generaties die het Dr. Spock babyplan van onmiddellijke bevrediging volgden” . Tegen deze kritiek in, wees Spock erop dat hij nooit toegeeflijkheid had gepromoot, met het argument dat de conservatieven eigenlijk alleen maar op hem uit waren vanwege zijn verzet tegen de oorlog.
Misschien was Spock’s belangrijkste bijdrage aan het leiderschap wel zijn aandringen dat het beste wat ouders voor hun kinderen konden doen niet was om hen te conditioneren of te disciplineren, maar in plaats daarvan om aandacht aan hen te besteden en van hen te houden. Hij erkende dat het opvoeden van kinderen een lange, moeilijke en ondergewaardeerde taak is, en hij vond dat wat ouders bovenal nodig hadden, aanmoediging was. Ouders, zo zag hij, zijn niet uit een ander hout gesneden dan hun kinderen, maar zijn ook mensen, en net zo kwetsbaar als hun kinderen; de beste strategie is dat zij samen met hun kinderen groeien, ontdekken en leren.
Kinderradiologen, die elke dag leiding moeten geven, kunnen veel leren van het voorbeeld van Spock. Ook wij moeten leren op ons hart te vertrouwen en inzien dat elke patiënt, elk familielid en elke collega een uniek mens is. Ook wij moeten verder kijken dan onze scanners en rapporten naar de behoeften van de gemeenschappen waarin we werken, en opkomen voor mensen in nood. En ook wij moeten opkomen voor waar we in geloven – boven alles, de waardigheid van ieder mens, hoe klein en hulpeloos ook, en zo veel als we kunnen, zo lang als we kunnen, bijdragen aan die verdediging.