Abstract
PIP: Omdat discussies over het positieve effect van bevolkingsgroei op agrarische verandering minder gangbaar zijn dan aandacht voor de negatieve effecten, is het boek van Ester Boserup, “The Conditions of Agricultural Growth”, en haar latere werk waarin wordt betoogd dat bevolkingsgroei de voornaamste oorzaak is van agrarische verandering, van groot belang. Het doel van dit essay is een overzicht te geven van eerdere pogingen om de intensivering van de landbouw in verband te brengen met de bevolkingsgroei, de theorie van Boserup te schetsen en de kritiek te onderzoeken die op deze theorie is geleverd. Boserup beweert dat de bevolkingsgroei eerder de oorzaak dan het gevolg is van de veranderingen in de landbouw en dat de voornaamste verandering de intensivering van het grondgebruik is. De theorie van Boserup over de ontwikkeling van de landbouw is subtieler en complexer dan die van al haar voorgangers. Zij ziet de bevolkingsdruk als een belangrijke oorzaak van veranderingen in het grondgebruik, de landbouwtechnologie, het grondbezit en de bewoningsvorm. Boserup stelt dat de bevolkingsgroei onafhankelijk is van het voedselaanbod en dat de bevolkingsgroei een oorzaak is van veranderingen in de landbouw. Het belangrijkste middel om de landbouwproductie te verhogen is intensivering. Boserup’s werk heeft bij de lezers uiteenlopende reacties opgeroepen; andere economen waren minder enthousiast. Het lijkt misschien alsof de critici Boserup’s theorie aan flarden hebben geschoten. Haar centrale argument, dat intensivering de arbeidsproductiviteit vermindert, is nog steeds niet bewezen. Weinigen zullen het ermee eens zijn dat een verhoging van de teeltfrequentie de enige mogelijke reactie is op de bevolkingsdruk; de extensieve marge kan worden vergroot, gewassen met een hogere opbrengst kunnen worden ingevoerd en methoden die de opbrengst verhogen kunnen worden ingevoerd los van een verhoging van de teeltfrequentie. Emigratie of beheersing van het aantal landbouwers kan de bevolkingsdruk verlichten. Intensivering kan ook plaatsvinden zonder bevolkingsdruk, onder impuls van stedelijke groei of de ontwikkeling van de handel. Het is moeilijk aan te nemen dat bevolkingsdruk de enige oorzaak van agrarische verandering is of dat de toegenomen bebouwingsfrequentie de enige reactie op bevolkingsdruk is, maar toch is deze stelling een vruchtbare interpretatie van agrarische verandering. De aanname van bevolkingsgroei als een veranderingsmechanisme kan leiden tot belangrijke nieuwe conclusies over de aard van agrarische verandering in de West-Europese geschiedenis.