Fasehoek (astronomie)

In dit artikel worden geen bronnen geciteerd. Help dit artikel te verbeteren door citaten naar betrouwbare bronnen toe te voegen. Materiaal zonder bronvermelding kan worden aangevochten en verwijderd.
Vind bronnen: “Fasehoek” astronomie – nieuws – kranten – boeken – scholar – JSTOR (december 2009) (Leer hoe en wanneer u dit sjabloonbericht verwijdert)

Fasehoek in astronomische waarnemingen is de hoek tussen het licht dat op een waargenomen object valt en het licht dat door het object wordt weerkaatst. In de context van astronomische waarnemingen is dit gewoonlijk de hoek zon-object-waarnemer.

Fasehoekdiagram

Voor aardse waarnemingen, is “zon-object-aarde” vaak bijna hetzelfde als “zon-object-waarnemer”, omdat het verschil afhangt van de parallax, die in het geval van waarnemingen aan de maan wel 1° kan zijn, of twee volle maansdiameters. Met de ontwikkeling van de ruimtevaart, alsmede in hypothetische waarnemingen vanaf andere punten in de ruimte, werd het begrip fasehoek onafhankelijk van Zon en Aarde.

De etymologie van de term is verwant aan het begrip planeetfasen, aangezien de helderheid van een object en zijn verschijning als “fase” de functie is van de fasehoek.

De fasehoek varieert van 0° tot 180°. De waarde van 0° komt overeen met de positie waarin de belichter, de waarnemer en het object collineair zijn, met de belichter en de waarnemer aan dezelfde kant van het object. De waarde 180° is de positie waarbij het object zich tussen het belichtingstoestel en de waarnemer bevindt, bekend als inferieure conjunctie.

Voor sommige objecten, zoals de maan (zie maanfasen), Venus en Mercurius bestrijkt de fasehoek (gezien vanaf de aarde) het volledige bereik van 0-180°. De superieure planeten bestrijken kortere bereiken. Voor Mars bijvoorbeeld is de maximale fasehoek ongeveer 45°.

De helderheid van een hemellichaam is een functie van de fasehoek, die in het algemeen gelijkmatig is, behalve voor de zogenaamde oppositiepiek nabij 0°, die geen gasreuzen of hemellichamen met een uitgesproken atmosfeer treft, en wanneer het hemellichaam zwakker wordt naarmate de hoek 180° nadert. Deze relatie wordt de fasekromme genoemd.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.