Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog gebruikte Foch een deel van het Franse Tweede Leger om de Duitse opmars naar Nancy te blokkeren. Hij werd bevorderd tot bevelhebber van het Negende Leger en leidde de Franse tegenaanval bij de Marne. Zijn succes leidde tot verdere promotie en in oktober kreeg hij de leiding over het Franse Noordelijke Leger aan het Westelijk Front. Hij bekleedde deze post tijdens de Slag aan de Somme in de zomer van 1916. Toen Robert Nivelle Joseph Joffre verving als opperbevelhebber van het Franse leger, werd Foch teruggeroepen naar het legerhoofdkwartier.
In 1918 tijdens het Duitse lente-offensief werd Foch bevorderd tot geallieerd opperbevelhebber aan het Westfront. Ondanks botsingen met Generaal John Pershing over de inzet van Amerikaanse troepen, slaagde Foch erin om zijn rol als geallieerd coördinator tot een succes te maken. Foch kreeg dan ook de eer voor het bewerkstelligen van de overwinning op Duitsland.
Foch leidde de onderhandelingen over de Wapenstilstand en speelde een belangrijke rol op de Vredesconferentie van Parijs. Foch was van mening dat het van vitaal belang was dat de voorwaarden een Duits militair herstel onmogelijk maakten. Ferdinand Foch overleed in 1929.