Frequentie van bijwerkingen na influenzavaccinatie

Doel: Hoewel bezorgdheid over bijwerkingen een belangrijke belemmering vormt voor het opvolgen van aanbevelingen voor influenzavaccinatie door patiënten, is er een gebrek aan gegevens over de frequentie van bijwerkingen van nieuwere trivalente vaccins. Ons doel was het bepalen van de frequentie van bijwerkingen van influenzavaccins bij oudere, chronisch zieke mensen, van wie velen een hoog risico lopen op influenza-gerelateerde morbiditeit.

Patiënten en methoden: We voerden een telefonische enquête uit bij 40% van de patiënten die werden gevaccineerd in een inloop griepprik kliniek. De proefpersonen werden willekeurig ingedeeld in twee groepen. Om het aantal postvaccinsymptomen te bepalen, werd groep I zeven dagen na vaccinatie ondervraagd. Groep II werd 21 dagen na vaccinatie ondervraagd om te controleren of er al symptomen waren. Beide groepen werden ondervraagd over koorts, invaliditeit, en griepachtige ziekte in de week voorafgaand aan het interview.

Resultaten: Van de 816 geselecteerde patiënten, voltooiden 650 (79,6%) het interview. De gemiddelde leeftijd van de proefpersonen was 63 jaar, en meer dan twee derde van hen liep risico op influenza-gerelateerde morbiditeit. De frequenties van zelfgerapporteerde koorts (5,3% versus 5,1%, p = 0,91) en invaliditeit (10,4% versus 9,3%, p = 0,65) waren vergelijkbaar in de twee groepen. Een significant hoger percentage proefpersonen uit groep I meldde echter een griepachtige ziekte in vergelijking met de proefpersonen uit groep II (14,2% versus 8,7%, p = 0,03). Hoewel de proefpersonen van groep I vaker een griepachtige ziekte rapporteerden binnen twee dagen na vaccinatie in vergelijking met een vergelijkbaar tijdsinterval voor de proefpersonen van groep II, was er geen overeenkomstige clustering van invaliditeit na vaccinatie.

Conclusie: We concluderen dat de algehele frequentie van symptomen in beide groepen laag was; het absolute risico op een griepachtige ziekte was echter 5,5% hoger tijdens de eerste week na de griepvaccinatie in vergelijking met de derde week na de injectie. Deze symptomen leidden niet tot een verminderd vermogen om gebruikelijke dagelijkse activiteiten uit te voeren.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.