Wetenschappers hebben een 200 jaar oud mysterie opgelost door te zeggen dat Napoleon Bonaparte stierf aan een vergevorderd geval van maagkanker en niet aan arsenicumvergiftiging zoals sommigen hadden gespeculeerd.
Nadat hij in 1815 door de Britten was verslagen, werd de Franse keizer verbannen naar St. Helena, een eiland in de Zuid-Atlantische Oceaan. Zes jaar later, op 52-jarige leeftijd, fluisterde Bonaparte zijn laatste woorden: “Hoofd van het leger!”
Een autopsie in die tijd stelde vast dat maagkanker de oorzaak van zijn dood was. Maar arsenicum dat in 1961 in het haar van de heerser werd gevonden, deed geruchten over vergiftiging ontbranden. Als Napoleon aan zijn ballingschap was ontsnapt, had hij het machtsevenwicht in Europa kunnen veranderen; daarom leken speculaties over moord niet zo vreemd.
Een nieuwe studie echter – waarin de huidige medische kennis, autopsierapporten, de memoires van Bonaparte’s arts, ooggetuigenverslagen en medische familiegeschiedenissen zijn samengevoegd – concludeert dat een maag-darmbloeding de directe doodsoorzaak was.
“Deze analyse suggereert dat, zelfs als de keizer was vrijgelaten of van het eiland was ontsnapt, zijn terminale toestand hem zou hebben belet om nog een belangrijke rol te spelen in het theater van de Europese geschiedenis,” zei hoofdauteur Robert Genta van de University of Texas Southwestern. “Zelfs vandaag de dag, met de beschikbaarheid van geavanceerde chirurgische technieken en chemotherapieën, hebben patiënten met een maagkanker die zo ver gevorderd is als die van Napoleon een slechte prognose.”
Een laesie van vier centimeter
De oorspronkelijke autopsie beschrijvingen gaven aan dat Bonaparte’s maag twee zwerende laesies had: een grote op de maag en een kleinere die door de maagwand heen was geprikt en de lever had bereikt.
Genta en zijn collega’s vergeleken de beschrijving van deze laesies met huidige beelden van 50 goedaardige maagzweren en 50 maagkankers en ontdekten dat de laesies van de keizer kankerachtig waren.
“Het was een enorme massa van de ingang van zijn maag tot de uitgang. Het was minstens 10 centimeter lang.” Zei Genta. “De grootte alleen al suggereert dat de laesie kanker was.”
Een ernstig geval
Bonaparte, zeiden de onderzoekers, had een zeer ernstig geval van de kanker die was uitgezaaid naar andere organen.
“Zelfs als hij vandaag zou worden behandeld, zou hij binnen een jaar dood zijn geweest,” zei Genta.
Hoewel de vader van de keizer ook stierf aan maagkanker, stamde Bonaparte’s kanker hoogstwaarschijnlijk af van een zweer-veroorzakende bacteriële infectie, aldus de onderzoekers.
Een dieet vol met zout geconserveerde voedingsmiddelen, maar karig met fruit en groenten – gebruikelijk tijdens lange militaire campagnes – verhoogde Napoleons risico op maagkanker, aldus Genta.
De studie staat in detail beschreven in de januari-editie van Nature Clinical Practice Gastroenterology & Hepatology.
Recent news