Hoewel er verschillende manieren zijn om traceerbaarheid te bekijken, kan het in het algemeen in twee perspectieven worden verdeeld: ketentraceerbaarheid en interne traceerbaarheid.
Ketentraceerbaarheid
Het algemene concept van traceerbaarheid in de wereld is van toepassing op ketentraceerbaarheid. Ketentraceerbaarheid betekent dat de geschiedenis van de inkoop van grondstoffen en onderdelen tot en met de bewerking, distributie en verkoop voorwaarts of achterwaarts kan worden getraceerd. Fabrikanten kunnen nagaan “tot waar hun producten zijn geleverd (= kunnen voorwaarts traceren)”, terwijl bedrijven en consumenten in de downstream kunnen begrijpen “van waar de producten in hun handen zijn gekomen (= kunnen terug traceren)”.
Dit biedt fabrikanten het voordeel van gemakkelijker oorzaakonderzoek en productterugroeping wanneer zich onverwachte problemen met hun producten voordoen. Consumenten kunnen dit ook als maatstaf gebruiken om zeer betrouwbare producten te selecteren, zonder zorgen zoals verkeerde etikettering.
Interne traceerbaarheid
Interne traceerbaarheid betekent dat de beweging van onderdelen/producten binnen een beperkt specifiek gebied in een hele toeleveringsketen, zoals één bedrijf of fabriek, wordt gevolgd.
Bijv. een motorassemblagebedrijf koopt motoronderdelen zoals nokkenassen en zuigers in bij leveranciers en assembleert ze.
Het beheer en gebruik van de fabricagegeschiedenis en inspectieresultaten van deze onderdelen door de fabriek kan ook worden beschouwd als interne traceerbaarheid.
Specifiek voorbeeld van interne traceerbaarheid
Traceerbaarheid in fabricageprocessen
Traceerbaarheid in fabricageprocessen is een activiteit waarbij informatie wordt verzameld en beheerd over wat er in fabricageprocessen is gedaan, van de acceptatie van grondstoffen en onderdelen tot de verzending van producten. Voor traceerbaarheid in productieprocessen krijgt elk product of elke partij een identificatienummer, en vervolgens wordt informatie zoals werkdetails, inspectieresultaten en afmetingen gekoppeld aan dit identificatienummer in elk proces, zodat het kan worden gebruikt voor assemblage in een later proces. Het gebruik van deze informatie voor verspaning draagt bij aan de verbetering van de productie/werkefficiëntie en kwaliteit.
Traceability in Parts Control
Traceability in parts management wordt gebruikt om herhaaldelijk gebruikte onderdelen, zoals gereedschappen en mallen, te controleren en te bedienen. Serienummers voor individuele identificatie (zoals 2D-codes) worden op elk gereedschap aangebracht om de condities ervan te beheren, inclusief gebruiks- en slijtagelimieten. Zoals de hele stroom, worden opgeslagen gereedschappen en andere onderdelen gemarkeerd met 2D management codes en toegewezen informatie zoals fabrieksnamen, schapnummers, en serienummers om put-out en return te beheren. Other information such as the count and date/time of grinding is collected and managed to maintain and stabilize product quality.