Er kan een aantal oorzaken zijn voor een begrensd elektrocardiogram (ECG), een onderzoek naar de elektrische activiteit in het hart. Wanneer een ECG borderline is, betekent dit dat er enkele afwijkingen aanwezig zijn en dat de arts de patiënt moet evalueren om te bepalen of deze van betekenis zijn. Patiënten moeten niet in paniek raken als ze een ECG-afwijking hebben, want daar kunnen veel redenen voor zijn en het is niet per se gevaarlijk.
In een borderline ECG zien sommige metingen er niet helemaal goed uit, maar ze worden niet in de marge gedrukt waar ze onmiddellijk reden tot zorg zijn. Soms komt dit gewoon doordat een patiënt gestrest of ongerust was. Veel patiënten zijn nerveus voor een ECG, en dit kan kleine variaties in hun hartslag veroorzaken die op de test kunnen verschijnen. De arts kan de resultaten negeren als de patiënt bijzonder ongerust leek, en om een nieuwe test vragen om te zien of nauwkeuriger waarden kunnen worden verkregen.
Een andere reden voor een ECG met een grenswaarde is een onjuiste procedure tijdens de test. Soms zijn de elektroden niet goed geplaatst of is er iets mis met het apparaat en klopt de meting niet. Patiënten met grote borsten of aanzienlijke vetophopingen in hun borst hebben meer kans op een ECG met grenswaarden, omdat het moeilijker is de elektroden te plaatsen. De technicus kan het probleem opmerken als ze toegang heeft tot een real-time uitlezing, en kan de test stoppen om de positie te wijzigen en een betere meting te krijgen.
Een borderline ECG kan ook voorkomen wanneer een patiënt wel een echte afwijking heeft, maar deze gering is. De test zal kleine variaties in het hartritme en de hartfunctie laten zien, maar deze zijn niet significant genoeg om reden tot bezorgdheid te zijn. Als een patiënt een ECG op de grens heeft, kan de arts adviseren om in de toekomst opnieuw te testen om de zaak in de gaten te houden. Anders kan de arts de bevinding gewoon in het dossier van de patiënt noteren, zodat deze in de toekomst beschikbaar is.
atiënten moeten zich ervan bewust zijn dat ECG-apparatuur vaak op basis van opgeslagen algoritmen de afdruk markeert met notaties als “borderline”. De apparatuur heeft het soms mis, omdat er geen rekening wordt gehouden met de voorgeschiedenis van de patiënt en andere factoren. Een arts kan het testresultaat bekijken en bepalen of het significant is. Als dat zo is, zal hij aanvullende tests aanbevelen om meer te weten te komen over de situatie van de patiënt. Als dat niet het geval is, zal de arts de patiënt verzekeren dat hij zich geen zorgen hoeft te maken.