Robert E. Park, voluit Robert Ezra Park, (geboren 14 februari 1864, Harveyville, Pennsylvania, V.S. – overleden 7 februari 1944, Nashville, Tennessee), Amerikaans socioloog, bekend om zijn werk op het gebied van etnische minderheidsgroepen, met name Afro-Amerikanen, en op het gebied van de menselijke ecologie, een term die hij volgens de overlevering heeft bedacht. Als een van de leidende figuren in wat bekend is geworden als de “Chicago school” van de sociologie, heeft hij in Chicago veel veldwerk verricht op het gebied van rassenverhoudingen, migratie, etnische relaties, sociale bewegingen en sociale desorganisatie.
Park studeerde bij de filosofen John Dewey (aan de Universiteit van Michigan), William James en Josiah Royce (de laatste twee aan de Harvard Universiteit) en de socioloog Georg Simmel (in Duitsland). Al zijn doctoraal werk deed hij na 11 jaar ervaring als krantenverslaggever in verschillende grote steden, waar zijn belangstelling voor sociale problemen werd gestimuleerd. Park behaalde zijn A.B. aan de Universiteit van Michigan (1887), zijn A.M. aan Harvard (1899), en zijn Ph.D. aan de Universiteit van Heidelberg (1904). Hij doceerde aan Harvard (1904-05), de Universiteit van Chicago (1914-33), en Fisk University (1936-43).
In 1906 schreef Park twee tijdschriftartikelen over de onderdrukking van de Congolezen door de Belgische koloniale bestuurders. Toen hij zich toelegde op de studie van de zwarte bevolking in zijn eigen land, werd hij secretaris van Booker T. Washington en zou hij het grootste deel van Washingtons The Man Farthest Down (1912) hebben geschreven. Park was van mening dat een kastensysteem dat voortkomt uit scherpe etnische verschillen de neiging heeft, vanwege de arbeidsverdeling tussen de kasten, over te gaan in een structuur van economische klassen.
Samen met Ernest W. Burgess schreef Park een standaardtekst, Introduction to the Science of Sociology (1921). In The Immigrant Press and Its Control (1922) betoogde Park dat anderstalige kranten op den duur de assimilatie van immigranten zouden bevorderen. Drie delen van zijn Collected Papers, geredigeerd door Everett C. Hughes en anderen, werden gepubliceerd tussen 1950 en 1955. Het tweede deel behandelt de stad en de menselijke ecologie, de titel van een cursus die Park in 1926 aan de Universiteit van Chicago gaf.