Beste jaren
Francina Blankers-Koen maakte haar Olympisch debuut voor Nederland als hoogspringster in 1936. Hoewel de Tweede Wereldoorlog haar op haar hoogtepunt van competitie beroofde, werd ze toch de ster van de Spelen van 1948 in Londen, 30 jaar oud en moeder van twee kinderen.
Meer goud
Blankers-Koen was ongenaakbaar in Londen. Ze won de 100m, 200m, 80m horden en estafette en had meer medailles kunnen winnen, ware het niet dat er een regel was die vrouwen beperkte tot drie individuele onderdelen in het baan & veld. Op dat moment was ze wereldrecordhoudster bij het hoog- en verspringen.
Acht onderdelen
Ze vestigde 16 wereldrecords op acht verschillende onderdelen – 100 meter, 100 meter, 200 meter, hoge horden, hoogspringen, verspringen, vijfkamp, en 4×110 meter estafette. Ook won Blankers-Koen tussen 1946 en 1950 vijf Europese titels en 58 nationale kampioenschappen in Nederland.
Lokaal meisje
Blankers-Koen keerde vanuit Londen als een held terug naar haar geboortestad Amsterdam. Voor haar sportieve daden werd een standbeeld opgericht ter ere van haar. Ook kreeg ze van haar buren een fiets cadeau, “om in een langzamer tempo door het leven te gaan.”