In het overzicht worden verder de volgende specifieke CV-aandoeningen en hun rol bij CV-complicaties van longontsteking belicht.
ACS
Studies hebben CAP in verband gebracht met een verhoogd risico op ACS, waarbij sommige bevindingen een tweemaal zo hoog risico op myocardinfarct (MI) laten zien in de 7 dagen na een respiratoire infectie.7 Onderzoekers hebben de hypothese geponeerd dat “CAP-patiënten ACS zouden kunnen ontwikkelen secundair aan destabilisatie van de atherosclerotische plaque”. Dierstudies hebben associaties aangetoond tussen Streptococcus pneumoniae-infectie en hogere niveaus van lokale ontsteking en geactiveerde macrofagen, die wijzen op plaque-instabiliteit.8
Chlamydophila pneumoniae, die vaak wordt aangetroffen bij patiënten met CAP en atypische pneumonie, is betrokken bij de ontwikkeling van plaque-instabiliteit, atheromen en cardiotoxiciteit.9 Bovendien kan trombosevorming CV-complicaties induceren bij patiënten met longontsteking.10 “
Trombosevorming kan plaatselijk ontstaan door mechanische prikkels en blootstelling aan weefselfactoren (bv. secundair aan plaqueruptuur) of spontaan in de bloedbaan tijdens procoagulante toestanden,” aldus de auteurs van het Respirology-artikel.
Arrhythmieën
Nieuwe of verergerende hartritmestoornissen vormen de derde meest voorkomende CV-complicatie bij patiënten met CAP, met een gerapporteerde incidentie van 4,7%.2 Naast andere voorgestelde mechanismen suggereren recente bevindingen de mogelijkheid van een pathwayspecifiek pad. Bij muizen bereikte S. pneumoniae het hart en genereerde microscopische laesies die in verband werden gebracht met hoge niveaus van troponine I en ritmestoornissen.11
Hartfalen
Het risico op hartfalen bij patiënten met longontsteking is verhoogd na ziekenhuisopname en tot 10 jaar na ontslag.2 Mogelijke onderliggende mechanismen zijn onder meer persisterende ontsteking, met Mycoplasma pneumoniae als een potentiële mediator.
Antibiotica
Hoewel macrolide antibiotica de totale mortaliteit bij patiënten met CAP kunnen verminderen, kunnen ze ook een significant CV-risico vormen, aangezien deze middelen in verband zijn gebracht met een verhoogd risico op MI, plotse hartdood en ventriculaire tachyaritmieën.12,13 De auteurs van het artikel in Respirology bevelen aan dat “het gebruik van fluoroquinolonen of macroliden moet worden geïndividualiseerd en dat een zorgvuldige beoordeling van de risico’s en de voordelen van cruciaal belang is… voor de juiste antibioticatherapie bij patiënten met CAP.”